Goede rendementen hebben in 2017 gezorgd voor een duidelijke verbetering van de financiële positie van pensioenfondsen. Hierdoor kunnen de meeste pensioenfondsen de pensioenen inmiddels weer gedeeltelijk en soms geheel indexeren. Maar er zijn ook pensioenfondsen, waaronder een aantal van de grootste, die onder de minimumgrens voor het eigen vermogen blijven. Als deze fondsen niet op tijd herstellen, zullen ze de pensioenen in 2020 of 2021 moeten korten. Het herstel moet, zo blijkt uit de herstelplannen, net als in eerdere jaren uit beleggingsresultaten komen.
Herstelplannen
Pensioenfondsen met een dekkingsgraad lager dan de vereiste dekkingsgraad moeten bij DNB een herstelplan indienen. Daarin laten ze zien hoe ze in een periode van maximaal tien jaar verwachten uit het tekort te komen. DNB heeft onlangs de beoordeling van de herstelplannen van 157 pensioenfondsen afgerond. Daaruit komt naar voren dat, net als in 2015 en 2016, pensioenfondsen dit jaar verwachten te herstellen door hoge verwachte beleggingsresultaten in hun herstelplannen op te nemen.
Verwachte rendementen 2017 ruimschoots gehaald
In tegenstelling tot in 2015 en 2016 hebben de pensioenfondsen de in de herstelplannen opgenomen verwachte rendementen in 2017 wel gehaald. Hierdoor is de waarde van de beleggingen gestegen. Daarnaast is de rente gestegen in 2017. Hierdoor zijn de fondsen weer gedeeltelijk terug op het herstelpad dat ze in 2015 in hun herstelplan hadden voorzien.
Grote verschillen
De goede rendementen in 2017 hebben ervoor gezorgd dat de financiële positie van pensioenfondsen over de hele breedte aanzienlijk is verbeterd. Toch zijn er grote verschillen tussen pensioenfondsen. Meer dan de helft van de fondsen kan de pensioenen inmiddels geheel of gedeeltelijk indexeren. Voor de meeste deelnemers is dit echter niet het geval. Zij zitten bij fondsen die niet kunnen indexeren of zelfs, vanwege wettelijke bepalingen, moeten vrezen voor kortingen in 2020 en 2021.